24. Staat de grijze bak al buiten?

OVER COMMUNICATIE

In een besloten Facegroep van ons koor had ik eens een video van Nightwish geplaatst. (Dit is de laatste blog waarin ik de naam noem van deze Finse symphonic-metal group met onze eigen Floor Jansen als frontvrouw). Er kwamen een aantal positieve en enkele negatieve reacties. Eén koorgenoot (ik noem hem even Jan2) schreef: “Aan de muzikale opvoeding kan nog wel wat gebeuren dus.”

Ik heb daarop gereageerd met “Muzikale opvoeding mag er nooit toe leiden dat je van bepaalde muziek niet meer kunt genieten, maar wel dat je je openstelt voor genres waarmee je wat minder bekend bent.” 

Ik dacht dus dat Jan2 bedoelde dat er aan mijn muzikale opvoeding iets ontbrak en ik reageerde verdedigend. Maar dat was, tot mijn grote schaamte, dus helemaal niet wat hij bedoelde blijkens zijn vervolgopmerking: “Ik bedoel van meer kanten uit, dus we laten ons verrassen. Laat maar komen.”

Communiceren is altijd lastig, vooral met een ander.

Vier oren

Communiceren is lastig want je kunt elkaar soms niet goed verstaan. Soms door taalproblemen, maar vaker omdat er maar met een half woord wordt gesproken en dan moet je maar raden wat daarmee wordt bedoeld. Of je hoort een verhaal maar half omdat je zelf al een antwoord aan het bedenken bent. Of je hoort maar de helft omdat je toch al denkt te weten wat die ander gaat zeggen, etc. 

Maar één van de lastigste dingen in de communicatie is dat we vier oren hebben. Degene die een vraag stelt kan daar in de theorie van de Duitse psycholoog F. Schulz von Thun vier min of meer verschillende boodschappen mee willen geven. *) En als je een vraag hoort kun je er op vier verschillende manieren naar luisteren. Laten we maar eens kijken naar de dag dat de vuilnis wordt opgehaald. Je hoort dan op de vrijdagochtend vragen: “Staat de grijze bak al buiten?”.

Het zakelijke of inhoudelijke aspect. Als je toevallig al had gezien dat die nog in de schuur staat, kun je de vraag beantwoorden: “Nee!”  Een zakelijke vraag zakelijk beantwoord. Je hebt alleen gekeken naar wat er feitelijk wordt gezegd. Dat is de meest simpele vorm. 

Het appellerende aspect. Maar ga je dan na dat antwoord rustig door met je koffie? Of zou het kunnen zijn dat die vraag ook nog een onuitgesproken deel bevatte, namelijk: “En als ie nog niet buiten staat, wil je hem dan even buiten zetten?” Als je dat deel er al meteen bij denkt heb je de vraag gezien als een appèl. Je hebt gekeken naar wat misschien het waarom was van de vraag, wat wilde de vraagsteller ermee bereiken? Het zakelijk oor maakte plaats voor het appèl-oor. Je gaat er van uit dat er een beroep op je wordt gedaan.

Het expressieve aspect. Je kunt in die communicatie ook nog luisteren naar wat die vraag zegt over de vraagsteller. Met het expressie-oor luister je vooral naar hoe die gesteld wordt. Is er ongeduld in de stem? Wordt er een grote zucht bij geslaakt? Of een kreun die iets zou kunnen betekenen als: ik kan het echt niet zelf.

Het relationele aspect. Tenslotte kun je met het relationele oor luisteren. Wat zegt de vraag over hoe de vraagsteller zich opstelt in de relatie met jou. “Hoor ik nu weer een verwijt in die stem, die zegt dat ik iets vergeten ben of te weinig betrokken ben bij het huishouden? Ziet hij of zij niet dat ik zo veel doe in het huishouden?

En ondertussen weet je niet wat de vraagsteller nu eigenlijk wil zeggen. Totdat je er over gaat praten met elkaar. 

Wat je vaak kunt merken is dat je de interpretatie van wat iemand zegt en welk oor je daarvoor gebruikt laat bepalen door het beeld dat je van die persoon hebt. En dat dat beeld best wel eens niet kan kloppen. Later zal ik wat vertellen over mijn ervaringen met Byron Katie; zij heeft maar vier vragen, die je kunt stellen over de beelden die je hebt over die ander. En over jezelf. De eerste vraag luidt: “Is het waar ….?”  **)

Geweldloos

In de zestiger jaren van de vorige eeuw ontstond de beweging van Geweldloze Communicatie. In grote maatschappelijke conflicten tot en met oorlogssituaties zijn successen geboekt door partijen daarmee bij elkaar te brengen. Centraal in de aanpak stond de bereidheid te luisteren naar de behoeften van de andere partij om vervolgens te komen tot een onderlinge relatie gericht op het vervullen van de wederzijdse behoeften. 

De Française Natalie Achard werd met haar aanpak volgens de Geweldloze Communicatie binnengehaald bij clubs als Greenpeace en Amnesty toen die organisaties constateerden dat ze soms al tientallen jaren hetzelfde verhaal vertellen zonder dat er iets veranderde. Zij liet zien in haar recente boek ***) dat het met de vinger wijzen, verwijten maken en de ander alleen maar vertellen wat die moet doen geen effect heeft en dat uitgaan van de wederzijdse behoefte partijen bij elkaar kan brengen en dat die aanpak uit de jaren ’60 nog steeds effectief kan zijn.

Twee dagen nadat ik dit had opgeschreven schreef ik in een whatsapp groep als reactie op een bericht: “Dat is natuurlijk een heel slecht verhaal!” Het werd snel duidelijk dat deze reactie de discussie niet verder bracht. Theorie en praktijk liggen bij mij nogal eens een stukje uit elkaar. 

Martin Luther King verpakte de behoefte van alle demonstranten destijds in een droom in een ongeëvenaard krachtige speech, alleen met microfoon. En zonder Powerpoint! Een mooie analyse van de Belg Arnout van den Bossche kan ik je aanraden, je vindt hem op YouTube ****). 

Op veel plekken zijn we ver verwijderd van begrip voor wederzijdse behoeften. En komen mensen niet dichterbij elkaar. Daar komt bij dat van iedereen ook een mening wordt verwacht. Als Rachel Hazes weer eens ruzie heeft met Roxanne wordt er op de roddelsites meteen een enquete ingegooid: “Wie heeft er gelijk: Rachel of Roxanne ?”. Een antwoord als: “Hoe kan ik dat nou weten?” kan niet gegeven worden. 

En dan hebben we ook te maken met simplificaties, leugens, drogredenen en het complotdenken, waarbij mensen de vrijheid nemen om op basis van een enkele waarneming of veronderstelling of “een filmpje op internet” te komen tot in beton gegoten en luid verkondigde waarheden. Ik ga daar natuurlijk keiharde standpunten over innemen. 

O O O O O O O O O O O 

*) Friedrich Schulz von Thun. Mit einander reden. 1981

**) Byron Katie. Vier vragen die je leven veranderen. 2014 (Oorspronkelijk: Loving what is. 2002)

***) Nathalie Achard. Geweldloze communicatie praktisch toepassen. 2021 (Oorspronkelijk: La communication Non-Violante à l’usage de ceux qui veulent changer le monde. 2020)

****) Arnout van den Bossche over communiceren met Powerpoint 

Illustratie: Johan Leo Koet

Eerdere berichten zijn te vinden op http://www.dewereldenvanjan.blog

Reageren naar Jan: mail naar koetjwm@gmail.com

Reacties die je hieronder invult kunnen voor andere lezers zichtbaar worden

Plaats een reactie